De gemeenten Oisterwijk, Oosterhout en Gilze en Rijen onderzochten langs het spoor de overlast door trillingen en de schade aan panden. De resultaten bevestigen het beeld van inwoners dat er sprake is van verschillende soorten trillingen. Of er schade veroorzaakt wordt door passerende treinen, is niet aangetoond. Eventueel aanvullend onderzoek kan uitsluitsel bieden. Dat is de belangrijkste conclusie uit twee afzonderlijke onderzoeken die de gemeenten Oisterwijk, Oosterhout en Gilze en Rijen gezamenlijk hebben uitgevoerd. De gemeenten beraden zich op het vervolg. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat maakt al geld vrij voor extra onderzoek naar het verminderen van trillingen en het wegnemen van overlast. Hierover verscheen onlangs een kamerbrief van de staatssecretaris.

Onderzoeken naar overlast en schade
In opdracht van de gemeenten Oisterwijk, Oosterhout en Gilze en Rijen zijn twee verschillende onderzoeken gedaan naar de effecten van trillingen.

Het eerste onderzoek betrof een onderzoek dat aan hetzelfde toetsingskader toetst als waarop ProRail dat doet bij schadeclaims van inwoners. ProRail maakt gebruik van een schadeprotocol dat is ontwikkeld door TNO en Cauberg Huygen. De uitkomsten van het gemeentelijke onderzoek komen overeen met conclusies die ProRail trekt bij schadeclaims.

Het tweede onderzoek betrof een breder onderzoek naar schade door trillingen aan woningen langs het spoor. Bij vier woningen zijn metingen verricht. Het onderzoek laat zien dat de woningen onder invloed staan van laagfrequente trillingen (rotaties). Uit het onderzoek volgt nog geen onomstotelijk bewijs, waaruit blijkt dat deze rotaties ook leiden tot schade die toe te schrijven is aan passerende treinen. De belangrijkste aanbeveling is dat hiervoor nader onderzoek nodig is. De gemeenten Gilze en Rijen, Oosterhout en Oisterwijk beraden zich de komende tijd op mogelijke vervolgstappen.

20 miljoen na constructief overleg
Vrijwel tegelijk met de afronding van de onderzoeksrapporten van de drie gemeenten verscheen een kamerbrief over de stand van zaken aangaande de beleidsintensivering spoortrillingen. De staatssecretaris van het ministerie van I en W schrijft dat naar de effecten van spoortrillingen meer onderzoek noodzakelijk is. Het ministerie maakt hiervoor 20 miljoen euro vrij. “Wij zijn blij te zien dat de staatssecretaris deze stap zet. We volgen de ontwikkelingen met kritische blik en blijven op constructieve wijze in gesprek met het ministerie, ProRail en de NS. Hierin staat voorop dat we blijven opkomen voor de gezondheid, veiligheid en leefbaarheid van onze inwoners.”, aldus wethouders Sandra Diepstraten (Gilze en Rijen), Clemens Piena (Oosterhout) en Dion Dankers (Oisterwijk).